De zinkografie in Bretagne
Het medium van de zinkografie had de voorkeur van Paul Gauguin, Emile Bernard en anderen die rond 1890 in het Bretonse dorp Pont-Aven werkten.
Omdat er geen professionele grafische ateliers in Bretagne waren, bood de zinkografie een handig en betaalbaar alternatief voor de traditionele lithografie.
Bovendien paste de unieke korreligheid van de zinkografische druk heel goed bij de ruige, primitieve esthetiek die door de School van Pont-Aven werd nagestreefd.

Paul Gauguin, De krekels en de mieren (Herinnering aan Martinique) (Les cigales et les fourmis (Souvenir de la Martinique)) uit de prentenserie Volpini, 1889

Emile Bernard, De wandeling (La promenade), 1888
Experimentele technieken
De prentmakers van Pont-Aven, zoals Emile Bernard, experimenteerden met een heel scala aan technieken, waaronder de zinkografie.
Naar verluidt kerfde Bernard zijn tekening eerst in een blok hout om het beeld daarna over te zetten op een zinken plaat en deze af te drukken. Deze wonderlijke werkwijze maakte dat hij de zinkografie makkelijk kon wijzigen, maar tegelijk de middeleeuwse esthetiek van de houtsnede behield.

Emile Bernard, De kruisweg (Le chemin de la Croix), 1895
Verder lezen:
- Caroline Boyle-Turner, The Prints of the Pont-Aven School: Gauguin and his Circle in Brittany, Lausanne 1986
- Agnieszka Juszczak et al., Paul Gauguin: The Breakthrough into Modernity, Amsterdam 2009
- Dennis Delouche, Les Peintres de la Bretagne, Quimper 2012