Boerenschilder
Vincent ging weer bij zijn ouders wonen en werkte aan zijn eerste meesterwerk: De aardappeleters.
Biografie, 1881 - 1883
Vincents ouders waren niet blij met zijn keuze voor het kunstenaarsbestaan. Dat weerhield Vincent er gelukkig niet van om hard te werken en zijn vaardigheden als tekenaar en schilder te verbeteren. Hij woonde op verschillende plekken in Nederland en kreeg in Den Haag les van de kunstenaar Anton Mauve. Maar ook de liefde zorgde voor inspiratie.
In de lente van 1881 ging Vincent weer bij zijn ouders wonen. Die waren inmiddels verhuisd naar Etten, ook in Brabant. Vincent oefende met tekenen en werkte vaak in de open lucht. Zijn broer Theo was inmiddels bedrijfsleider bij Goupil & Cie in Parijs. Hij zorgde ervoor dat Vincent zich helemaal op het kunstenaarschap kon richten door hem financieel te steunen.
Vincents ouders waren flink teleurgesteld dat hun oudste zoon voor een kunstenaarsbestaan had gekozen. In hun ogen was dat hetzelfde als een maatschappelijke mislukking. Het hielp daarbij niet dat Vincent verliefd was geworden op zijn nicht, Kee Vos. Zij was weduwe en wilde niets van hem weten, maar Vincent hield stug vol. Dat viel bij zijn familie niet in goede aarde. Na een ruzie met zijn vader verliet Vincent op kerstdag 1881 het ouderlijk huis. Zijn nieuwe woonplaats werd Den Haag.
'Pa kan niet met mij meeleven en meegevoelen en ik kan mij niet inwerken in het systeem van Pa en Moe, daarin krijg ik het te benaauwd – ik zou er in stikken.'
Vincent aan Theo, Etten, op of omstreeks 23 december 1881
In Den Haag kreeg Vincent schilderles van een aangetrouwde neef, de beroemde kunstenaar Anton Mauve. Daarnaast bleef hij fanatiek tekenen, want hij vond dat hij daarin nog te weinig geoefend was. Van een oom kreeg hij een eerste betaalde opdracht: twaalf getekende stadsgezichten van Den Haag. Die reeks bood hem de kans om goed te oefenen met perspectief. Van Mauve leerde Vincent de beginselen van het schilderen in aquarel en olieverf. Hij kwam bijna dagelijks bij hem op het atelier.
Begin 1882 ontmoette Vincent Sien Hoornik. Ze werd niet alleen zijn model, maar ook zijn geliefde. Vincents naaste omgeving en familie (waaronder Mauve) reageerden geschokt: Sien was namelijk prostituee geweest. Bovendien was ze zwanger en had ze al een dochtertje van vijf. Maar Vincent had medelijden met Sien en was vastbesloten voor haar te zorgen. Hij huurde een atelier waar ook zij, haar pasgeboren baby en het dochtertje konden wonen. Theo was het niet eens met Vincents keuze, maar bleef hem wel financieel ondersteunen. De relatie tussen Vincent en Sien hield nog even stand, maar uiteindelijk verbrak hij na anderhalf jaar de relatie.
'Dat haar karakter een bedorven karakter is wist ik van ’t begin af maar ik had hoop op teregt komen en nu, juist terwijl ik haar niet meer zie en nadenk over een en ander dat ik in haar zag, komt het me meer en meer voor zij al te ver weg was om teregt te komen.'
Vincent aan Theo, Hoogeveen, ca. 14 september 1883
Na de breuk met Sien vertrok Vincent naar het Drentse platteland om heide- en veenlandschappen te tekenen en schilderen. Hij vond het er mooi en ging vol goede moed aan het werk. Toch bracht de provincie hem niet enkel rust en inspiratie:
'Drenthe is superbe, maar het er uit houden hangt van veel dingen af – hangt af van of men er geld voor heeft, hangt af van of men bestand is tegen de eenzaamheid.'
Vincent aan Theo, Nuenen, 6 december 1883
Regen, kou en eenzaamheid maakten dat Vincent het na nog geen drie maanden in Drenthe voor gezien hield. Hij reisde naar het Brabantse dorp Nuenen, de nieuwe woonplaats van zijn ouders.