Vincent van Gogh was ervan overtuigd dat kleur en muziek met elkaar te maken hadden. In het boek Les artistes de mon temps van Charles Blanc las hij: ‘kleur kan aangeleerd worden als muziek’. Toen hij in Nuenen woonde, nam hij zelfs pianolessen om de gradatie van kleurtonen beter te begrijpen en die met elkaar in harmonie te brengen: harmonie is hier het sleutelwoord.
Later, op 18 september 1888, schreef hij erover in een brief aan zijn broer Theo:
‘Maar ik, ik ben nog zoals ik was in Nuenen, toen ik een vergeefse poging heb gedaan om muziek te leren – toen al – zozeer voelde ik de verbanden die bestaan tussen onze kleuren en de muziek van Wagner.’
Van Gogh maakte in zijn brieven vaker vergelijkingen met muziek:
‘...die verdomde mistral is erg hinderlijk als je penseelstreken wilt die samenhang hebben en die zich met gevoel verstrengelen als muziek die met gevoel wordt gespeeld.’
Vincent aan Theo, vanuit Arles, ca. 29 september 1888