Van Gogh stond zelden in de keuken. Hij at buiten de deur; zoals gebruikelijk was voor alleenstaande mannen. Toen hij bij Theo in Parijs woonde, gingen ze samen naar restaurants in hun wijk Montmartre.
Het Grand Bouillon-Restaurant Du Chalet, een eenvoudig eethuis met betaalbare, vaste prijzen, behoorde tot hun favorieten. Van dit restaurant zijn vier menukaarten bewaard gebleven, waarvan Vincent de achterkant heeft vol getekend.
Gauguin was ook vrijgezel, maar kon wel koken. In de tijd dat hij bij Vincent in Arles woonde, deed hij dat ook regelmatig. Van Gogh schreef in 1888:
'Hij [Gauguin] is heel interessant als vriend – ik moet je zeggen dat hij perfect kan koken; ik denk dat ik dat van hem ga leren, dat is heel handig.'