Het Zeegezicht bij Scheveningen en Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen zijn sinds 17 april 2019 weer te zien in het Van Gogh Museum. De werken werden in 2016 teruggevonden, nadat ze 14 jaar eerder uit het museum waren gestolen. De eerste maanden krijgen de schilderijen een speciale plek in het museum, met informatie over het onderzoek en de restauratie. Vanaf half september zullen ze verhuizen naar hun ‘oude’ plek in de presentatie van de collectie, tussen Van Goghs andere vroege werken.
Restauratie 'Zeegezicht bij Scheveningen'
Het Zeegezicht bij Scheveningen is afkomstig uit Van Goghs periode in Den Haag (1881-1883). Het is het enige schilderij in de museumcollectie uit die periode. Het is één van de slechts twee zeegezichten die Van Gogh in zijn Nederlandse jaren schilderde. Daarnaast is het een belangrijk voorbeeld van de vroege schilderstijl van Van Gogh, waarin hij zich al heel eigenzinnig toonde.
Het zeegezicht bleek tijdens de roof ernstig beschadigd te zijn geraakt. In de linker onderhoek was een stuk van het papier (de originele drager) en de daarop liggende verflagen verloren gegaan. Hierdoor was het bedoekingsdoek zichtbaar geworden. Dit is het steundoek dat tijdens een vroegere restauratie is aangebracht ter ondersteuning van de originele drager en de verflagen.
Tijdens de restauratie is de lacune opgevuld met behulp van een mal die is gemaakt met een 3D-printer. Deze mal is tot stand gekomen door middel van de scantechniek Optische Coherentie Tomografie, die de dikte en het profiel van de verf rondom het missende stuk in kaart heeft gebracht. Ook kon de omtrek van de lacune hiermee worden bepaald. Op basis van deze informatie en archieffoto’s van het schilderij voor de roof, konden wetenschappers van Northwestern University Chicago een berekening maken van het reliëf van de oorspronkelijke verf in de linker onderhoek.
Met de mal die uit dit onderzoek voortkwam, kon de restaurator een vulling maken voor de ontbrekende hoek. Nadat de vulling op het schilderij was bevestigd, is deze geretoucheerd naar voorbeeld van een kleurenfoto van het schilderij van vóór de roof. Met deze behandeling is geprobeerd een reconstructie aan te brengen die het origineel van Van Gogh zo dicht mogelijk benadert. Het materiaal waarmee de vulling is aangebracht is reversibel, wat betekent dat ook in de toekomst deze vulling eventueel kan worden verwijderd zonder het omringende originele materiaal aan te tasten.
Naast het opvullen van de lacune, zijn tijdens deze restauratie alle niet-originele vernislagen en vernisrestanten van het verfoppervlak verwijderd. Daarnaast zijn oude overschilderingen in het schilderij ontstoord door deze te retoucheren. Deze eerdere overschilderingen waren door veroudering verkleurd en onoplosbaar geworden. Omdat het schilderij oorspronkelijk niet is gevernist door Van Gogh, was de wens om het schilderij na restauratie onvernist te laten. Gelukkig bleken de verflagen na vernisafname ook dusdanig in een goede conditie te verkeren dat dit niet noodzakelijk was.