Voordat een schilderij behandeld wordt, doet de restaurator onderzoek naar de gebruikte materialen, de opbouw van het werk, de restauratiegeschiedenis en de aard van het te verwijderen vernis. Was deze laag door de kunstenaar zelf gewenst? Naar welke effecten was Van Gogh op zoek en hoe zouden deze weer benaderd kunnen worden? Dankzij de genereuze steun van Stichting Lieve wordt de lang gekoesterde wens om het vergeelde vernis van Van Goghs Geploegde akkers ('De voren') te verwijderen nu werkelijkheid.
Hoewel niet met zekerheid kan worden vastgesteld wanneer Geploegde akkers werd gevernist, is het duidelijk dat de glanzende laag werd opgebracht bij een eerdere behandeling. Het schilderij werd toen bedoekt. Na afloop van het bedoekingsproces werden de randen van het schilderij afgeplakt met stroken papieren plakband en daarna werd het vernis aangebracht. Doordat de transparante laag ook over het plakband werd gestreken, weten we dat het vernis na het bedoeken moet zijn aangebracht. Bovendien is er stof en vuil aangetroffen tussen de verflaag en het vernis. Dit vuil heeft zich aan het oppervlak van het schilderij verzameld voordat de afwerklaag werd toegevoegd. Het vernis is dus van later datum dan het schilderij en niet aangebracht door Van Gogh zelf.
Vincent van Gogh was geen tegenstander van het gebruik van vernis, maar nadat hij in Parijs was gaan wonen zag hij er steeds vaker van af. Van Gogh was zich bewust van de korte- en langetermijneffecten van vernis. Soms liet hij zich toch verleiden tot een al dan niet lokaal vernis, omdat dit bijdroeg aan de verzadiging en intensivering van donkere partijen.
Glans is ook een effect van vernis, maar daar was Van Gogh niet op uit. Matheid daarentegen was vaker zijn doel. Hij probeerde matheid te bereiken door zijn materialen op elkaar af te stemmen: een ruwe doekstructuur, een zuigende grondering en verdunde verf. Daarvan is bij Geploegde akkers geen sprake. In dit schilderij staan helderheid, volume en tastbaarheid voorop.
De verflaag van Geploegde akkers is gesloten en pasteus. Van Goghs verfgebruik was allesbehalve spaarzaam te noemen. Hij nam veel verf op zijn penseel en streek die uit in ritmische halen. Langs de penseelstreken werd de verf opgestuwd, waardoor botsende streken samenkomen in opstaande richels. In de wolken is de verf met het penseel geboetseerd tot een impasto van een tactiele kwaliteit, die in het omgeploegde land een tegenhanger ontmoet. De ruige textuur verstrooit het licht, maar de vernislaag bracht daarin verandering. Deze weerkaatst het licht juist en geeft een glanzend effect.
Mettertijd is het vernis verkleurd. Doordat het vernis is vergeeld, is het niet langer transparant. Op plaatsen waar het vernis zich heeft opgehoopt, zoals in het impasto, is de textuur afgevlakt. In de holtes en groeven heeft het vernis zelfs een warmbruine tint aangenomen. Het maskeert de heldere kleuren van de verf. Van Gogh beschreef het schilderij als 'een landschap met niets dan aardkluiten, de voren in de kleur van oude klompen onder een vergeet-me-nietblauwe hemel met witte wolkjes' [brief 693]. Inmiddels neigt het vergeet-mij-nietjes blauw naar een grauw turquoise.
Van Gogh koos niet voor vernis, niet voor glans, noch voor de ondermijning van textuur en helderheid. Het doel van de restauratie en de verwijdering van het vernis, is om terug te keren naar de heldere, verzadigde kleuren van de verf en een geprononceerde, oorspronkelijke textuur met een milde olieverfglans. Zo komt het schilderij dichter in de buurt van hoe Van Gogh het voor ogen had.
De restauratie van 'Geploegde akkers ('De voren')' is mede mogelijk gemaakt door een genereuze bijdrage van Stichting Lieve.