Wie Van Goghs oeuvre onderzoekt, doet er goed aan zich ook in zijn motieven te verdiepen. Team 'Bestandscatalogus Schilderijen 3' ging op studiereis naar Arles en Saint-Rémy en maakte kennis met de plekken die Van Gogh bezocht, en met de mistral.
Van Gogh besteedde in zijn loopbaan veel aandacht aan het vastleggen van zijn naaste omgeving. Met kennis van die omgeving, kun je Van Goghs werk en werkwijze beter bestuderen. Zo levert een bezoek aan de plaatsen waar Van Gogh verbleef niet alleen identificaties van schilderlocaties en daarmee inzicht in zijn onderwerpkeuzes op – wat schilderde hij bijvoorbeeld niet – , het is soms ook de enige manier om duidelijk te krijgen hoe een bepaalde voorstelling in elkaar zit.
Verkennen van de omgeving
In het algemeen leert wandelen door Van Goghs landschappen bijvoorbeeld dat Van Gogh bij tijden op efficiënte wijze zijn onderwerpen varieerde door vanaf min of meer dezelfde plek in verschillende richting motieven te kiezen. Verder geeft een verkenning van de omgeving inzicht in afstanden, grootte van gebouwen, typische weereffecten, lokale karakteristieken, e.d., zodat het oeuvre van Van Gogh herkenbaarder wordt en (nog) meer gaat spreken.
Veranderingen door de tijd
Veel van de omgeving uit de tijd van Van Gogh is uiteraard veranderd, maar in Arles en Saint-Rémy, twee kleine Provençaalse stadjes waar Van Gogh in totaal ruim twee jaar verbleef, is nog veel herkenbaar gebleven. Vrijwel iedereen van ons onderzoeksteam was er ook ooit wel eens (in de buurt) geweest. Niet eerder werd deze omgeving gezamenlijk bezocht. De onderlinge discussies die ontstonden werkten voor iedereen verhelderend. Ze brachten het onderzoeksteam dichter bij de belevingswereld van het door hen zo geliefde onderzoeksobject: Vincent van Gogh. Dat werd nog eens versterkt doordat zich tijdens ons bezoek een natuurfenomeen voordeed waaraan Van Gogh in zijn brieven regelmatig refereerde: de mistral.
Natuurfenomeen: de mistral
Elk seizoen heeft zijn specifieke kenmerken, maar in de Provence is de mistral het gehele jaar door een constante: deze harde en koude noordelijke valwind kan de regio soms dagen aaneen teisteren en wordt vanouds gezien als één van de drie belangrijkste lokale plagen: ‘Parlement, mistral et Durance sont les trois fléaux de la Provence’ [‘Parlement, mistral en de rivier de Durance, zijn de drie plagen van de Provence’]. Wij merkten gelijk wat dit betekende. De landing met het vliegtuig in Marseille was turbulent en onze aankomst werd verschoven naar een nachtelijk tijdstip.
Nieuwe inzichten dankzij de mistral
Van Gogh klaagde veel over de mistral, want het belemmerde hem in zijn werk, hoewel hij daar iets op had gevonden. Over Korenveld met Arles in de achtergrond schreef hij bijvoorbeeld aan zijn vriend Emile Bernard: ‘Ik heb het geschilderd in de volle mistral. Mijn ezel was met ijzeren pinnen in de grond vastgezet, een methode die ik je aanraad. […] Zo kun je in de wind werken.’ (brief 628).
Toen we die knalharde wind zelf aan den lijve ondervonden, zijn we toch vraagtekens gaan plaatsen bij Van Goghs mededeling dat hij dit schilderij tijdens de mistral had gemaakt. We werden namelijk regelmatig uit evenwicht geblazen en wandelen langs de Rhônekade was niet zonder gevaar. Onder dergelijke omstandigheden een ezel in de grond vastprikken en vervolgens een groot doek (standaard formaat 30) vol schilderen is schier onmogelijk.
Van Gogh over de mistral
Op Van Goghs schilderij is wel goed te zien dat het waaide, het koren staat in zuidelijke richting gebogen en ook de rook van de fabrieksschoorstenen waait straf die kant op. Volgens het meteorologisch overzicht in het lokale krantje l’Homme de bronze waren er in juni, de maand waarin Van Gogh het tafereel vastlegde, vijf dagen met harde wind (vent assez fort), van mistral (vent fort of très fort) was evenwel geen sprake. Het lijkt er dan ook op dat Van Gogh er een schepje bovenop deed om Bernard te imponeren. Later in juli, toen de mistral dagenlang aanhield, schreef hij bijvoorbeeld aan Theo iets heel anders over het ‘vechten tegen de onverdraaglijke ergernis van de voortdurende mistral’, namelijk dat hij buiten met moeite kon tekenen en wat schilderen betreft, ‘met de mistral is dat onmogelijk, absoluut onmogelijk’ (brief 639). Naast deze fysieke belemmering werd het overigens ook invoelbaar dat een dergelijke dag en nacht aanhoudende ‘nijdige zanikende wind’ (brief 653) op den duur ook behoorlijk op je geestelijke gemoed kan gaan werken.
Plaatsen die zijn bezocht
Een kleine drie dagen waren we in het winderige zuiden. De eerste dag werd Arles verkend. Het team bezocht diverse plaatsen waar Van Gogh ooit zijn ezel opstelde, maar ook waar hij bijvoorbeeld schildersmaterialen kocht en het bordeel bezocht. De tweede dag leidde ons naar de nabij gelegen heuvel Montmajour met de bekende abdijruïne, het spectaculaire bergdorp Les Baux de Provence en Saint-Rémy. Hier werd de inrichting bezocht en verkenden we de directe omgeving aan de voet van de Alpilles met cipressen, olijfgaarden, verlaten steengroeves en oude bergweggetjes. Op de laatste dag bekeken we ’s ochtends de plekken in Arles waar we niet aan toe waren gekomen, zoals les Alyscamps. Vanwege de mistral was deze plek eerder gesloten (gevaar van vallende takken). De wind had inmiddels aan kracht ingeboet waardoor de terugvlucht aan het eind van de dag een stuk aangenamer was.