Vincent van Gogh maakte in juli 1890 een einde aan zijn leven. Hij voelde zich somber en eenzaam. Wat gebeurde er?
Het begin van het einde
In mei 1890 verliet Vincent de psychiatrische instelling van Saint-Rémy in Zuid-Frankrijk, in de hoop dat hij zelfstandig kon leven met zijn aandoening. Hij vond een zekere rust in het dorp Auvers-sur-Oise bij Parijs, waar hij al snel weer volop aan het schilderen was.
Helaas niet voor lang. Twee maanden na aankomst schoot Vincent zichzelf in de borst. Hij overleed op 29 juli 1890.
‘Wel, mijn werk, daarvoor riskeer ik mijn leven, en het heeft me de helft van mijn verstand gekost. Maar wat wil je…’
De laatste zin uit de onvoltooide brief aan Theo, met de aantekening van Theo: ‘De brief die hij bij zich droeg op 27 juli, die verschrikkelijke dag.’
In Auvers
Na zijn verblijf in het zuiden van Frankrijk verlangde Vincent naar het noorden. Hij wilde dichter bij zijn broer Theo zijn, die met zijn jonge gezin in Parijs woonde. Auvers-sur-Oise was een bekend kunstenaarsdorp, zo’n 30 kilometer van de hoofdstad. Er woonde ook een arts, dokter Paul Gachet, die een oogje in het zeil kon houden.
Dokter Gachet
Vincent leerde direct na aankomst op 20 mei dokter Gachet kennen, die hij regelmatig thuis bezocht. De dokter gaf Vincent geen medische behandeling, maar praatte veel met hem en stimuleerde hem om te schilderen. Gachet was een kunstliefhebber. Hij leerde Vincent etsen en zo ontstond dit portret.
‘Ik heb dr. Gachet gezien, die op mij de indruk maakte nogal excentriek te zijn (...)’
Vincent aan zijn broer Theo, 20 mei 1890
Auberge Ravoux
Vincent huurde voor 3,50 francs per nacht een kleine zolderkamer in de Auberge Ravoux (Café de la Mairie). Om te schilderen en zijn doeken op te bergen gebruikte hij de zogeheten ‘Schilderskamer’ beneden.
De familie Ravoux raakte eraan gewend dat hij er dagelijks op uit trok om te gaan werken in de omgeving. Maar op 27 juli was hij tegen het avondeten niet terug. Omdat Vincent heel stipt was met zijn maaltijden maakten zij zich ongerust…
Het einde
Tegen negen uur ’s avonds kwam Vincent zwaargewond de herberg binnen. Op Ravoux’ vraag wat hij gedaan had, antwoordde hij: ‘Ik heb geprobeerd mijzelf te doden’.
De volgende ochtend vroeg werd Theo in Parijs gewaarschuwd. Die kwam direct en week niet meer van het ziekbed. Vincent was bij kennis en de broers spraken nog met elkaar. Theo schreef hierover aan hun moeder: ‘Vincent zei: Ik zou zoo weg willen gaan en een half uur later had hij zijn zin. Het leven woog hem zoo zwaar.’ Vincent stierf de volgende nacht.
Gevoel van falen
Vincent had zelf gezegd dat hij geprobeerd had een einde aan zijn leven te maken. Enkele jaren geleden dook het verhaal op dat hij door schooljongens was neergeschoten. Die theorie is volkomen ongegrond en kan worden verworpen.
In zijn brieven valt te lezen dat het vanaf begin juli het mentaal slechter ging met Vincent. Het gevoel van falen en de angst dat zijn leven niet beter zou worden werd erger ‘… mijn leven is aan de wortel aangetast, ook ik sta niet meer stevig op mijn benen’, schreef hij.
De groeiende eenzaamheid, de grote onzekerheid over de toekomst en het idee dat hij zijn broer Theo alleen maar tot last was, droegen mogelijk bij aan zijn suïcide.
‘Ik zou je wellicht over heel wat zaken willen schrijven, maar ten eerste is me de lust daartoe helemaal vergaan en verder voel ik dat het geen zin heeft.’
Vincent aan zijn broer Theo, 23 July 1890
Begrafenis
Woensdag 30 juli om drie uur vertrok de begrafenisstoet vanuit de herberg Ravoux naar het kerkhof. De diepbedroefde Theo voorop, gevolgd door hun vrienden uit Parijs, de familie Ravoux, buren en andere inwoners van Auvers die Vincent gekend hadden.
Vincents graf lag dicht bij de ingang van de begraafplaats van Auvers. ‘Op een zonnig plekje midden in de korenvelden’, zo schreef Theo aan zijn vrouw Jo.
Zijn stoffelijke resten werden in 1905 herbegraven. In 1914 kreeg zijn broer Theo († 1891) een plekje naast hem.
Nalatenschap
In de weken die volgden, ontvingen Theo en zijn familie veel steunbetuigingen van kunstenaarsvrienden, kunstcritici en verzamelaars. Daaruit sprak hoezeer Vincents talent al werd gewaardeerd, en wat hij voor hen en de kunst had betekend.
‘Hij leeft voor jou, voor ons − en voor allen, in zijn werken die hij ons achterliet’, schreef een bevriende kunstenaar.
Vincents werk was op dat moment alleen nog maar bekend in kleine kring, maar dat zou na 1900 snel veranderen dankzij de inzet van een bijzondere vrouw: zijn schoonzus, Jo van Gogh-Bonger.
Vincent van Gogh had een bewogen leven. Het was niet altijd makkelijk.
Heb je sombere gevoelens of suïcidale gedachten? Praten helpt. Dat kan bij 113 Zelfmoordpreventie, 24/7 open, anoniem en vertrouwelijk. Bel 0800-0113 voor een gesprek. Chatten kan op www.113.nl.