Stereotypen
Ze beeldden de vrouw vaak ofwel als vrome hoedster van het gezinsleven of als zondig object van verlangen af.
Het huiselijke interieur was een veelgebruikte setting als het domein van het respectabele, burgerlijke type, dat zich rustig wijdde aan haar taken als moeder en vrouw. Door een vrouw af te beelden op straat of in een bar benadrukten prentkunstenaars haar dubieuze reputatie.
De vrouw als decoratief plaatje
De schrijver Camille Mauclair herkende deze stereotypen al in 1899. Hij stelde dat elke vrouwenfiguur in de eigentijdse kunst in essentie niet meer was dan een decoratief plaatje van een vrouwenlichaam en dat de vrouw als individu ‘onzichtbaar’ bleef, iets wat je ook in de prentkunst van die tijd terugziet.
Verder lezen:
- Octave Uzanne (red.), Féminies: huit chapitres inédits dévoués à la femme, à l'amour, à la beauté, Parijs 1896
- Richard Thomson, The Troubled Republic. Visual Culture and Social Debate in France, 1889-1900, New Haven 2004
- Sidsel Maria Sondergaard (red.), Women in Impressionism. From Mythical Feminine to Modern Woman, Milaan 2006