In de (medische) literatuur zijn veel suggesties gedaan over de aard van Van Goghs ziekte.
Syfilis, dementia praecox, hallucinaire psychose, alcoholisme, terpentijnvergiftiging en gasintoxicatie worden als mogelijke aandoeningen genoemd, maar ook schizofrenie, een manisch-depressieve stoornis, een stofwisselingsaandoening, een delirium tremens, een borderline-persoonlijkheidsstoornis, slaapkwab-epilepsie en zelfs een zonnesteek komen voorbij.
Dokter Peyron, Vincents arts in de inrichting van Saint-Rémy, meende dat Van Gogh aan een vorm van epilepsie leed. En daarmee zullen we het moeten doen, want dat is de enige officiële medische diagnose die ooit gesteld is.
Waarschijnlijk speelden neurologische, psychologische én genetische factoren een rol, maar aangezien de patiënt dood en begraven is, zullen we dat wel nooit weten.